Submitted by lucas on Tue, 2007-06-26 16:50
Hoe goed kan een militair zich op een uitzending voorbereiden? Vaak blijkt niet alle informatie voorhanden. De Sergeant-Majoor Rob Schooneman had zich toch aardig voorbereid op zijn uitzending. Omdat hij in Nederland niets over de FoFu (Functie Omschrijving Functie Uitwerking) van de S2 toegevoegd kon vinden schreef hij een brief aan zijn voorganger. Beter kun je het toch eigenlijk niet doen. Maar ja, als het antwoord dan pas veel later terugkomt, dan heb je er niet zo veel meer aan. Het bleek bijvoorbeeld wel makkelijk als je de Engelse taal machtig was. En nu kan Rob zich wel redden in het Engels, maar iedere dag 35 kantjes lezen is toch wel iets heel anders. Ook bleek het toch wel makkelijk te zijn geweest wanneer hij een inlichtingencursus had gevolgd. Gelukkig werd hij goed opgevangen door zijn baas, de Kapitein Ruud de Jong. Deze ging echter acht dagen na het binnenkomen van de nieuwe rotatie op verlof, zodat de kersverse S2 toegevoegd zich al snel alleen moest weten te redden. Die eerste acht dagen werden heel intensief gebruikt om in te werken. De drie weken die volgden waren de vuurproef; hij maakte lange dagen en natuurlijk gingen er ook wel eens wat dingetjes mis. Uit reacties bleek dat hij die periode goed had doorstaan. Toen Ruud de Jong terug was kwam er wat meer tijd vrij. Met twee man heb je eigenlijk een dagtaak voor 1,6 man. Rob is niet iemand die graag stil zit en daarom stortte hij zich op de PX-shop. Ten tijde van de val van Srebrenica maakte de S2 echter dagen van 18 uur. In eerste instantie werd er dagelijks op Santici een briefing gegeven. Nu is dat terug gebracht tot twee keer per week. Ook de transport-compagnie krijgt twee keer per week, op zondag en op donderdag, een briefing. Van de informatie die door alle eenheden wordt opgestuurd wordt door de S2 een Mil-info gemaakt. In zo'n info wordt de militaire situatie van de laatste meetperiode, de afgelopen 24 uur, weergegeven. Natuurlijk staan in zo'n info geen precieze plaatsen van brigades of stellingen. Desondanks mag zo'n Mil-info niet rondslingeren. Je weet namelijk nooit wat de lokale medewerkers ermee zouden doen wanneer ze een exemplaar in handen zouden krijgen. De informatie vanuit de media aan het thuisfront is heel erg summier. Toen Rob een keer aan zijn broer schreef wat er die afgelopen periode allemaal in Bosnië was gebeurt, schreef die terug dat daarvan helemaal niets in de Nederlandse media was verschenen. Wat hem wel duidelijk geworden is, is dat je pas een goed beeld van de situatie kunt krijgen wanneer je hier daadwerkelijk bent geweest. Hij vindt dat Unprofor een goede taak verricht in voormalig Joegoslavië. Het aantal slachtoffers is namelijk de afgelopen dagen wel gedaald. Alleen blijkt het soms op één plek weer aardig goed te gaan, en kom je tot de conclusie dat ergens anders weer gruweldaden worden begaan. Voor zijn gevoel heeft Rob een rustige uitzending meegemaakt. En dat vindt hij helemaal niet erg. Zijn opzet was ook om te kijken hoe hij, maar vooral zijn gezin zou reageren op een uitzending. En blijkt heel goed te zijn. Zijn vrouw voelt de situatie goed aan. Alleen zijn twee jonge kinderen, twaalf en veertien jaar, hebben het er soms wat moeilijk mee gehad. Ze zijn gelukkig wat gewend omdat Rob, als een echte infanterist, de afgelopen jaren wel vaker lang van huis is geweest. Toch zegt Rob trots te zijn op zijn gezin. Want het is toch een hele andere situatie dan een oefening. Ooit terugkomen in dit gebied is hij toch niet van plan. Alhoewel hij het landschap schitterend vindt, wonen er volgens hem de verkeerde mensen in. Natuurlijk heeft ook hij een goede raad voor de achterblijvers en nieuwkomers: het sociale aspect is hier heel belangrijk. Je moet toch met z'n allen deze periode goed doorkomen. Accepteer elkaar, wat voor werk je ook doet. Iedereen is samen belangrijk. Probeer ook buiten je werk goed met elkaar om te gaan. Elk persoontje vormt een stukje in de puzzel die vrede probeert te bewerkstelligen.